Hr. Ms.”Evertsen”
F803     1961/1962
Zeeincident
Veteranen Hr.Ms. Evertsen / 1961-1962 
Zeeïncident 15 januari 1962
Visie Koninklijke Marine 3 
Tegen 19.00 uur kreeg de waarnemer in de Biak-4 op het scherm van de APS-20 radar een contact te zien dat zich van het noordelijkste eilandje van de Aroe-archipel losmaakte. Terwijl Moekardanoe de Neptune op 3000 voet hoogte langgerekte ellipsen liet beschrijven, werd het contact zorgvuldig geplot. Na 45 minuten splitste het zich in een drietal echo's die 
                                       in noordelijke richting voeren. Om 20.25 uur meldde Moekardanoe aan de Utrecht dat hij op ca. 60 mijl ZZW van de Vlakke Hoek een groot radarcontacr had: koers 022° vaart 15 mijl, dat zich splitste in meerdere echo's. Aan boord van de Utrecht concludeerde de CTU, Snellen van Vollenhoven dat de zich afsplitsende echo's waarschijnlijk MTB's waren, die de Task Unit schepen de pas af wilden snijden om het naar Kaimana varende transportschip te dekken. Om een landing van vijandelijke troepen te voorkomen was het allereerst nodig om deze MTB's uit te schakeien. Als meest westelijke schip in de linie kreeg de Evertsen om 21.00 uur opdracht om de radarcontacten te onderzoeken. De Utrecht zelf was het verste van het actieterrein verwijderd.Zij zette aan tot 30 mijl en stoomde met hoge vaart op in westelijke richting.. Op de Evertsen werd alarm gemaakt en om 21.30 uur was de machinekamer klaar op twee ketels. Met '28-mijls vaart stuurde het schip een Interceptiekoers in oostelijke richting. Enkele minuten later maakte de Biak-4 een duikvlucht over de contacten en meldde drie motor- torpedoboten, nu op 30 mijl ZZW·van de Vlakke Hoek: Koers 020°. vaart 30 mijl, in kiellinie. Dit was binnen het gebied van TU 228.2.1 en Snellen van Vollenhoven gaf de Neptune onmiddellijk opdracht: 'Illuminate and attack' en beval de Kortenaer: 'Assist in destroying MTB's. I close you with high speed'. Direct daarop, om 21.45 uur. ging Moekardanoe in de aanval. Eerst wierp hij twee parachutefakkels af om de doelen te verlichten, opdat hij de MTB's bij de volgende run met zijn mitrailleurs en raketten onder vuur kon nemen Geen van beide fakkels ontbrandde echter en hij kon de aanval niet doorzetten maar bleef boven de contacten rondcirkelen. Ook op de Kortenaer, die zich beoosten de MTB's bevond. was alarm gemaakt. De commandant (ltz 1R.H.P. Baay) liet aanzetten tot maximum vaart: 26.5 mijl. Méér kon met het bijna twintig jaar oude schip niet worden gehaald. Op de meldingen van de "Biak-4" werd een interceptiekoers om de west gestuurd. Tijdens de nadering viel het gyrokompas uit. Dat was bijzonder ongelukkig want de dochterkompassen op de brug. in het stuurhuis en in de commandocentrale en de eigen-koers- invoering in de artillerievuurleiding. plottafel en radarinstallaties kwamen nu tot stilstand. Dankzij vakkundig handelen van het personeel in de commandocentrale verliep het overgaan op magnetisch kompas. handinstellingen en relatief plotten vlot, zodat toch een goed overzicht van de situatie kon worden behouden. De sergeant elektromonteur wist in de kleine benauwde-hete-kompaskamer de storing in het moederkompas te lokaliseren en hield een verbroken elektrisch contact met een schroevendraaier een half uur lang gesloten tot herstel was uitgevoerd. In het vóór-ketelruim brak de afstandbediening van de hoofdvoedingsklep, zodat de toevoer van voedingwater naar de ketel gevaar liep. Ruim een half uur werd boven bij de stoomhouder van de ketel in de zinderende hitte de klep met de hand bediend door twee machinisten onder leiding van de korporaal machinist. De reparatieploeg wist de afstandbediening te herstellen. Uit westelijke en uit oostelijke richting naderden de twee fregatten met hoge vaart het doel. Om 21.55 uur zag de Evertsen op de radar de MTB's op 9 mijl afstand. vrijwel recht vooruit.                                                                                     Vervolg